TL;DR In Nederland zijn er verschillende soorten wegen, zoals N-wegen, autowegen en autosnelwegen. Elk type weg heeft zijn eigen kenmerken, maximumsnelheden en verkeersregels. Daarnaast maakt het uit of je rijdt binnen de bebouwde kom, buiten de bebouwde kom of in een erf. Dit alles is belangrijk om veilig en volgens de regels aan het verkeer deel te nemen én goed voorbereid te zijn op je theorie-examen.
Soorten wegen in Nederland: dit moet je weten
Als je begint met je theorie, kom je al snel allerlei termen tegen: N-wegen, autowegen, autosnelwegen. En dan zijn er ook nog verschillen tussen binnen en buiten de bebouwde kom. In deze blog leggen we overzichtelijk uit welke soorten wegen er zijn, hoe je ze herkent en wat de belangrijkste regels zijn. Zo ben jij straks goed voorbereid op je theorie-examen én de praktijk.
N-weg, autoweg of autosnelweg
Wat is een N-weg?
N-wegen zijn genummerde wegen die geen autosnelweg zijn. Je herkent een N-weg aan een bord met een geel vlak met daarop de N en een nummer, bijvoorbeeld N1. Ze hebben vaak kruispunten, rotondes of stoplichten.
Maximumsnelheid: meestal 80 km/u. (let op: N-wegen kunnen ook door de bebouwde kom lopen, dus soms mag je er maar 50 km/u).
Herkenning: geel wegnummer (N)
Bijzonderheden: vaak tweerichtingsverkeer, geen vluchtstrook
Soms rijden er ook fietsers of landbouwverkeer naast de rijbaan
Wat is een autoweg?
Je herkent een autoweg aan onderstaand bord en een groene streep. De maximumsnelheid hier is 100 km/u. Langs autowegen gelegen parkeerplaatsen, tankstations en bushalteplaatsen zijn geen onderdeel van de autoweg. Een autoweg heeft geen vluchtstrook.
Maximumsnelheid: 100 km/u
Voertuigen onder de 50 km/u mogen hier niet rijden (dus ook geen bromfietsen of tractoren)
Geen voetgangers of fietsers toegestaan
Wat is een autosnelweg?
Een autosnelweg herken je aan het onderstaande bord. De maximumsnelheid hier is 130 km/u, tenzij anders aangegeven. Langs autosnelwegen gelegen parkeerplaatsen, tankstations en bushalteplaatsen zijn geen onderdeel van de autosnelweg. Autosnelwegen zijn vaak voorzien van een vluchtstrook.
Maximumsnelheid: 130 km/u (tenzij anders aangegeven)
Alleen voor auto’s en motoren die minstens 60 km/u kunnen
Altijd gescheiden rijbanen
Langs de auto(snel)weg kunnen borden staan die aangeven dat de maximumsnelheid verlaagd is. Dit kan tussen bepaalde tijden zijn, bijvoorbeeld tussen 06:00 uur en 19:00 uur. Maar het kan ook een vaste verlaagde maximumsnelheid zijn, die dag en nacht geldt.
Binnen of buiten de bebouwde kom: wat is het verschil?
Binnen de bebouwde kom
Je rijdt binnen de bebouwde kom als je een blauw plaatsnaambord met witte letters bent gepasseerd. Binnen de bebouwde kom is de maximumsnelheid voor motorvoertuigen 50 km/u. Daarnaast zijn er nog 30 km-u zones en erven. Op erven geldt een maximumsnelheid van 15 km/u. Je kunt een erf herkennen aan onderstaand bord. In dit gebied wonen veel mensen en spelen veel kinderen. Voetgangers mogen de wegen binnen een erf over de volledige breedte gebruiken.
Buiten de bebouwde kom
Buiten de bebouwde kom gelden de volgende maximumsnelheden:
Motorvoertuigen op autosnelwegen: 130 km/u.
Motorvoertuigen op autowegen: 100 km/u.
Motorvoertuigen op andere wegen: 80 km/u.
Er zijn wat uitzonderingen voor voertuigen, zoals motorvoertuigen met aanhangwagen, vrachtauto's of bromfietsers. Alle uitzonderingen vind je in de On My Way app!
Alle verkeersregels met On My Way
Met de On My Way app leer je niet alleen de verkeersregels, maar kun je ook meteen oefenen met CBR-examenvragen. ✅ Korte uitlegvideo's ✅ CBR-oefenexamens ✅ Gericht leren op onderdelen waar je nog niet goed in scoort
Kun je het antwoord niet vinden? Stel je vraag dan via help@omw.nl.
Een N-weg is een niet-autosnelweg die wordt aangeduid met een 'N' gevolgd door een nummer, zoals N201. Het zijn meestal regionale wegen waar een maximumsnelheid van 80 km/u geldt. Een autoweg is een type N-weg waar de maximumsnelheid 100 km/u is, en waar bepaalde voertuigen, zoals bromfietsen, niet mogen rijden. Autowegen zijn vaak beter ingericht voor doorstroming en veiligheid dan gewone n-wegen, maar zijn minder uitgebreid dan snelwegen (A-wegen).
Het beheer van de wegen valt onder de verantwoordelijkheid van verschillende overheidsinstanties. In Nederland zijn dit meestal de gemeenten voor lokale wegen, de provincies voor provinciale wegen en Rijkswaterstaat voor snelwegen en hoofdwegen. Deze instanties zorgen voor het onderhoud, de veiligheid en de planning van werkzaamheden aan de wegen.
Op autowegen en autosnelwegen gelden specifieke regels om de veiligheid te waarborgen. Zo mag je er bijvoorbeeld niet stilstaan of parkeren buiten de daarvoor bestemde plaatsen. Fietsen, bromfietsen, landbouwvoertuigen en voetgangers zijn er niet toegestaan. Ook mag je er niet keren of achteruitrijden. Daarnaast is het verboden om te lopen op de rijbaan, behalve in noodgevallen.